door Jan Smeijers

Op 13 oktober 2009 sloot Jan Smeijers (1939-2009) voorgoed de ogen. Het grote gemis begon die dinsdag, rond de klok van 12.00 uur. Het duurt onverminderd voort bij zijn naasten dan toch. Dat hij langzaam wegdeemstert uit het collectieve Beekse geheugen is onvermijdelijk.

Hoeveel mensen die Jan ontmoet hebben, die met hem gelachen hebben en bij wie hij geklust heeft zijn sinds zijn afsterven dezelfde weg moeten gaan? Men zegt wel eens “Je bent pas dood en vergeten als je naam nooit meer genoemd wordt”. Jan Smeijers aan de vergetelheid ontrukken, zijn naam in ere houden, is de opdracht die de leden van de Jan Smeijers Memorial (JSM) zich gesteld hebben. Het is een onuitgesproken heilig moeten. Zo voelt dat. Hoe pakken ze dat aan? De JSM’ers doen wat Jan graag deed: fietsen. Hij was een verwoed fietser die weggetjes ontdekte in de Kempen en de Meierij en hij deelde die schatten met iedereen die van fietsen hield. De Beekse fietsclub RTCH had daar profijt van, precies zo de zonen van bakker Peeters met wie hij bevriend was. Bij de genoemde schatten horen ook cafeetjes waar ze streekbier op de tap hebben en kapellen die toegewijd zijn aan Maria.

JSM tocht

De intimi van Jan zijn verenigd in de JSM. Ze fietsen een keer per jaar een route van 100 km. Een dag trekken ze daarvoor uit. Een dag vol rituelen: op toerbeurt verzorgt een lid het grand départ, wat synoniem is met petit déjeuner, een heerlijk Brabants ontbijtje. Daarna wordt Jan gegroet op het het kerkhof aan de Doelenstraat. Jan hanteert als het ware het startpistool. En hij zorgt voor fijn fietsweer: de zon aan de hemel, een strak blauwe lucht en de wind, als die al waait, steeds in de rug. De 14e JSM lijkt wat dat betreft precies op al zijn voorgangers. En het met veel zorg uitgetekende parkoers ook.

Logboek

Herinneringen verdwijnen in het moeras van de tijd. Behalve als je ze vastlegt in een logboek. Dan krijg je een database met een bulk aan gegevens. Belangrijk voor fietsers: weersgesteldheid, kilometrage, snelheid, deelnemers, denkbeeldige finish, pauzeplaatsen, pech aan de fiets en/of zijn berijder. Uit die weetjes kun je een pubquiz construeren. Daarop trakteerde Gijs. Op de pleisterplaats van Sien Peijn, in de stralende zon, onder de lunch, passeerde de vraag “Hoe vaak eindigde de JSM níet in Beek?” Het juiste antwoord: maar liefst drie keer. Eindpunten waren een camping in Drunen, de abdij van Postel en een boerderij in Dronten. Alleen de boerderij van Jan zijn dochter wist ik.

De Heilige Eik

Begin oktober 2009 ging een wens van Jan in vervulling, een van zijn laatste. Hij wilde nog een keer naar de Heilige Eik. Toeval of niet, dit jaar lag die kapel op de route. Dan rijd je daar niet aan voorbij. Je parkeert de fiets tegen een eikenboom en verwijlt enige ogenblikken bij Jan en Maria. Op die plek ben je nooit alleen, nou ja, bijna nooit. Ook woensdag 27 september niet. “Wat voert jullie hierheen?” Het antwoord valt in goede aarde bij de dames, twee gepensioneerde schooljuffen, twee weduwen. Een geliefd persoon in ere houden weten zij wel te waarderen. Diezelfde waardering viel te horen op het terras waar de 14e JSM ontbonden werd. “Goed dat jullie dat doen. Jan was ene mooie mens. Hij verdient het”. En daar is iedere JSM’er het mee eens.