Na twee weken vakantie wil ik nog even terugkomen op mijn column over de Hoofse Tijd.
Met ”De echte donkere Middeleeuwen traden aan”.... sloot ik deze column af. Deze tijd duurde nagenoeg 200 jaar. In deze periode braken ook pest epidemieën uit, welke de bevolking van Europa met de helft decimeerde.
De periode die volgde noemen we Renaissance, en die periode bracht een aantal bijzondere mensen voort. Allereerst onze eigen Erasmus, een gevierd filosoof in heel Europa. Hij was bevriend met Thomas More, een Engelse filosoof. Erasmus stelde het welzijn van mensen voorop. Maar ook het vrij denken over allerlei zaken, zonder dwang van Kerk of Staat. Ook eerst praten met elkaar voordat je oorlog gaat voeren, vond hij belangrijk. In 1520 schreef hij het meesterwerk ’Lof der Zotheid’, een aanklacht tegen Kerk en Staat, maar heel subtiel weergegeven. Evengoed werd zijn boek op de kerkelijke index geplaatst (boeken die Katholieken niet mogen lezen). Erasmus had nog geluk, hij verbleef in Zwitserland, toen zijn Franse vertaler, uitgever en drukker, Louis de Berquin, werd veroordeeld door de Inquisitie en omgebracht in Parijs.
Als Monnik had Erasmus toegang tot verboden werken van Plato en andere Griekse Filosofen. Ook werken van Cicero, Romeins Staatsman en filosoof behoorde tot zijn bagage.
Kortom; Erasmus kunnen we genoegzaam de eerste (Europese) Humanist noemen.
Wie geïnspireerd werden door Erasmus was ondermeer Maarten Luther, maar later ook Coornhert. Luther gebruikte delen van zijn Erasmus vertaling in het Nederlands van het nieuwe testament. Coornhert zijn verdienste is geweest (hij was filosoof en rechtsgeleerde) dat hij werken van Erasmus en anderen over moraal en rechtskunde vertaalde in het Nederlands. In die tijd was het nog gebruikelijk dat boeken over wetenschap in het Latijn werden geschreven. Coornhert heeft daarmee het Nederlands een impuls gegeven; hij werd echter in Europa minder bekend dan Erasmus.
Overigens heeft de boekdrukkunst ertoe bijgedragen, dat boeken gemakkelijker vermenigvuldigd konden worden. Aanvankelijk was één pagina van een boek nog geëtst in een plank, al gauw deden losse letters van lood hun intrede. Grafici behoorden in die tijd tot een elite; naast priesters, hogere ambtsdragers en wetenschappers, die ook konden lezen.
Spreuk van de week:
De wetenschap is wat we weten, filosofie is wat we niet weten.....
(Bertrand Russell, Engels filosoof)
Ik moest het effe kwijt....