Ga eens op zoek naar de vele verschillende planten in onze gemeente, kruiden die er van nature voorkomen. Je hoeft alleen maar te kijken in de bermen langs de wegen, in de bossen, aan de akkerranden en zelfs tussen de straat- en stoepstenen. Elke plant is interessant; onkruid is maar een verzonnen woord. Als jij je er een beetje in verdiept, dan gaan die Beekse planten nóg meer leven.
door Kees van Kemenade
De allergiftigste paddenstoel die wij kennen, de Groene Knolamaniet, probeer ik te vinden. Dan moet ik in een gemengd bos zijn, zoals het Diessens Heike. Maar hoe ik ook kijk, ik vind hem niet, terwijl hij niet echt zeldzaam is. Maar ik stuit wel op een nauw verwant familielid, de Gele Knolamaniet, die net als de Groene ook alfa amanitine bevat. In veel geringere mate, maar eetbaar is de Gele zeker niet. Dat gif tast de lever en de nieren aan en kan al snel leiden tot de dood. Het domme daarbij is dat het geruime tijd duurt eer dat je weet dat je vergiftigd bent. Maar dan wordt het wel zeer pijnlijk duidelijk. Dat is het gevaar van paddenstoelen zoeken in het wild, verwarring van giftige met onschuldige exemplaren ligt nabij.
Hoewel het aantal zwaar giftige paddenstoelen niet zo groot is, moet je het verzamelen maar overlaten aan de kenners. Veel Oost-Europeanen die hier verblijven hebben die kennis wel, want daar is het een nationale sport.
Vlakbij een paar oude beuken staat mijn Gele Knolamaniet mooi te wezen. Ivoorwit op een dunne stengel met een ring. De hoed heeft lichtbruine oneffenheden, dat is ook een kenmerk. Een paddenstoel kan altijd varianten hebben, dat ligt aan de grond waarop ze groeien. Soms is het ivoorwit zelfs een beetje citroengeel. Alle planten en dieren hebben een wetenschappelijke naam, ontleend aan het Grieks of het Latijn, deze heet Amanita Citrine. Daar zie je de naam van een citrusvrucht al in. De Gele Knolamaniet is een plaatjeszwam, wat je het beste met een spiegeltje kunt bekijken. Meenemen dus als je op paddenstoelentocht gaat.
En wil je er toch een paddenstoel eten, ga dan voor jong Eekhoorntjesbrood (iets ouder, dan zitten er wormpjes in). Die kun je hooguit verwarren met een Kastanjeboleet, maar die zijn allebei eetbaar. Pluk ze alleen als er meerdere bijeen groeien, want je wilt de voortplanting van ons eekhoorntjesbrood niet in gevaar brengen.