Ga eens op zoek naar de vele verschillende planten in onze gemeente, kruiden die er van nature voorkomen. Je hoeft alleen maar te kijken in de bermen langs de wegen, in de bossen, aan de akkerranden en zelfs tussen de straat- en stoepstenen. Elke plant is interessant; onkruid is maar een verzonnen woord. Als jij je er een beetje in verdiept, dan gaan die Beekse planten nóg meer leven. Zeker nu het voorjaar in de lucht zit, doe je interessante ontdekkingen.

door Kees van Kemenade

Langzaam maar zeker gaat de winter voorbij en wordt het steeds drukker in de natuur. Op het talud van de Hakvoortseweg is de sleedoorn in bloei gekomen en sieren de mooi witte bloempjes de nog bladloze struik op. De blaadjes komen straks wel. Eigenlijk zou hij pas in maart moeten gaan bloeien, het is nu eind februari, maar alles in de natuur wordt tegenwoordig vroeger. Vroege vlinders en andere insecten moeten nu voor de bestuiving gaan zorgen.

Sleedoorns zijn waardplanten voor de sleedoornpage, en andere vlinders zoals de gehakkelde aurelia, de kleine vos en de dagpauwoog zie je vaak rondom deze struik vliegen. Zoals het hoort, heeft deze struik ook een vijand: de meidoornstippelmot. Als de rupsen van deze mot uitkomen, vreten ze een sleedoorn helemaal kaal.

Kijk maar eens goed naar de stevige doorns. Voordat er prikkeldraad bestond, begin twintigste eeuw, gebruikte men struiken om de akkers te beschermen. Vee werd vaak uitgeweid, maar koe, schaap noch geit zou aan de sleedoorntakken gaan knabbelen. Eeuwen geleden, toen er hier regelmatig oorlogen woedden en men vreesde voor plunderende soldaten, legden de boeren vaak een schans aan. Een aarden wal beplant met puntige sleedoorns was vaak een redding voor het vee. Vogels nestelen er graag, vooral de kleintjes, want zij waarderen de bescherming die de doorns hen bieden. Een kat klimt er echt niet in en een ekster of een andere kraaiachtige wil zich ook niet graag bezeren.

De slee, het andere deel van de naam, is een vrucht. De donkerblauwe vrucht zie je in het naseizoen en wordt ook wel een sleedoornpruim genoemd. Pluk er over een paar maanden maar eentje en zet er je tanden in. Giftig zijn ze niet, maar heel wrang. De slee krijgt pas smaak als het heeft gevroren. Hij dient als smaakmaker voor alcoholische dranken, maar je kunt er ook jam of puddingsaus van maken. Of je geniet er van door naar de pruimpjes te kijken.