De geschiedenis, dat is eigenlijk het geheugen van de mensheid. Van een land, maar ook van een gemeente als Hilvarenbeek. De heemkundige kring houdt zich daar mee bezig, van wat lang geleden gebeurd is, of de gebeurtenissen uit een recentere periode. Helaas neemt het aantal heemkundige onderzoekers van bodem, archieven en literatuur af, maar toch slaagt men er in een goed verzorgde en afwisselende bundel te publiceren, onder de naam Tussen Paradijs en Toekomst, voor leden en geïnteresseerden.

door Kees van Kemenade

Het is ongelooflijk dat terwijl de laatste getuigen van de Wereldoorlog ons ontvallen, het aantal publicaties over de oorlog maar niet afneemt. Steeds meer archieven worden toegankelijk. Ton de Jong heeft zich daarop vastgebeten en schrijft in het blad over een onderwerp dat lang een beetje verzwegen was. De gedwongen, en aanvankelijk vrijwillige, tewerkstelling in Duitsland. Het leek een beetje op hulp aan de vijand, maar dat was het niet. De auteur maakt de beweegredenen van de lange lijst van mensen uit onze gemeente die in Duitsland werkten duidelijk. Vaak konden ze niet anders, bijvoorbeeld als hun bedrijf de deuren gedwongen moest sluiten. De titel van het artikel luidt: ‘Het onbekende lijden in Duitsland’, al was het er nooit zo erg als in de concentratiekampen. Eén Bekenaar heeft de Arbeidsinzet met de dood moeten bekopen: Janus Brekelmans, toen 29 jaar oud.

De Bikse Taol

Emmanuel Naaijkens neemt het eigen Beekse dialect onder de loep. Een taal die in rap tempo verdwijnt. Binnenkort komen er Hilverbodes online, ook die uit de jaren twintig en dertig, waarin regelmatig een gesprek in het Biks wordt gevoerd. De klanken wijken sterk af van het Nederlands, maar interessanter nog zijn de bijzondere, unieke, woorden. De schrijver publiceert een bron met woorden als: herdlaai en spinninge. De betekenis? Allebei feestelijke bijeenkomsten, voor een nieuwe meid of knecht; de tweede een informeler feest van jonge meiden die met hun spinnewiel samen kwamen.

Twee jaar geleden werd er een Merovingisch grafveld gevonden op het terrein van bouwproject De Gelderakkers. De eerste bevindingen van het onderzoek zijn nu bekend.

Naar de Hertgang

Het land tussen Baarschot en Dun heeft een uitgebreide geschiedenis, al leek het lang een dor en nagenoeg onbewoond gebied. Jan van Helvoirt schept hier meer duidelijkheid en ontzenuwt en passant enkel mythen. Van een vestiging van de Tempeliers bijvoorbeeld, en een jachthuis van de hertogen van Brabant. Nu is het voor een groot deel opgenomen in Landgoed De Utrecht. De schrijver van deze studie geeft heel veel anekdotes en bijzonderheden over wat zich hier allemaal heeft afgespeeld aan werkzaamheden en andere bedrijvigheid, verzetsactiviteiten in de oorlog, natuurbeheer en maakt eindelijk duidelijk waar de naam In den Bockenreijder vandaan komt. Bokkenrijders waren bendes die rovend optraden in de richting van Limburg en Duitsland, maar nooit hier in De Utrecht. Het komt van het toponiem de Hertgang voor een gebied aan de Reusel. Hert werd bok, gang werd rijden en zo had men een originele naam bedacht.

Moord en doodslag

Liefhebbers van misdaadverhalen moeten beslist het verhaal lezen van de dood van een in 1748 ingekwartierde officier Georg Von Görschen. Ton de Jong beschrijft het zo alsof je er zelf bij staat. Onlangs werd het geschilderde portret van hem gevonden en dat is de reden om de aanleiding voor de misdaad, de uitvoering van de daad en de bestraffing van de moordenaar te verhalen. Het brengt ons tegelijk terug naar de achttiende eeuw, toen onze streek werd gebruikt om er de Europese oorlogen uit te vechten. Soldaten, van de vijand of van bevriende mogendheden - het verschil was niet altijd duidelijk - kwamen en gingen weer. Ze werden als regel plaatselijk ondergebracht met kost en inwoning. Soms liep het uit de hand.