Het huis waar je woont biedt je onderdak, warmte en veiligheid, maar veel huizen hebben ook een verleden want er woonden eerder vaak anderen in de woning. Maar wie waren die anderen en wat was hun verhaal? Voor de Hooge Mierdse Riny Swaanen was het een uitdaging om de bewoningsgeschiedenis van alle oudere panden uit Hooge Mierde, Lage Mierde en Hulsel te gaan onderzoeken. “Natuurlijk is niet elk pand even oud, maar voor sommige panden gaat het terug naar de zeventiende eeuw”, stelt ze vast.
door Harrie Wenting
Al in de vorige eeuw (1998) begon Riny samen met andere liefhebbers zoals Martin van Gisbergen, Koos Kramer en Eddy Verspaandonk voorzichtig met het onderzoek. Het ging daarbij niet alleen over woningen, maar ook over percelen waar later een huis werd gebouwd of een perceel waar ooit een huis stond. De enige begrenzing: de stand van zaken tot het jaar 2000.
Bij de fusie met Reusel gingen veel zaken van Hooge Mierde, Lage Mierde en Hulsel op in het grote geheel, toen daarna ook de parochies samengingen dreigde alles op te gaan in het grote geheel. Maar Riny bleef zich concentreren op de drie kleinere kerkdorpen die jarenlang een eigen gemeente vormden.
Gedreven door nieuwsgierigheid en een eigen geschiedenis (van haar vader erfde ze de interesse voor heemkunde en geschiedenis) ging ze maar liefst tot zeven (!) eeuwen terug. Ze ontdekte een eerste vermelding uit het jaar 1350 over een van de panden, daarna ging de puzzel alsmaar verder: gegevens opzoeken in het kadaster en andere registers en die weer vergelijken met elkaar. Wanneer werd een woning verkocht en wie werd dan de eigenaar? Van elke gevonden transactie werd de bron genoteerd, waardoor er een lange geschiedenis van bewoning van elk dorp ontstond. En passant kwam ze ook bijzondere zaken tegen over de bewoners, bijvoorbeeld als ze wat uithaalden wat vermeld stond in politieonderzoeken of rechtbankverslagen. Ook over het beroep van de bewoner(s).
Straten en archieven
Bijzonder is de wijze waarop in de loop der jaren de straten genoemd werden. Tot 1965 begon elke straat met A-B of C (Hooge Mierde is A, Lage Mierde B en Hulsel C) gevolgd door een nummer. In 1965 werd dat stelsel vervangen door straatnamen en huisnummers. Belangrijke bronnen waren voor haar het bevolkingsregister en daarvoor ook verpondingskohieren, een register voor de belasting.
Ze merkte dat er tot 1755 geen officiële gemeentelijke documenten bewaard zijn gebleven en moest daarvoor putten uit handgeschreven gerechtelijke archieven en notariële aktes.
Riny ontdekte dat veel panden overgingen van vader op zoon of dochter en putte daarom ook uit diverse stamboomonderzoeken, met dank aan dorpsgenoot Tonny Moeskops-van Gisbergen die daar veel voorwerk in deed.
Opmerkelijke zaken
In haar zoektocht ontdekte ze ook meerdere opmerkelijke zaken. Zo stond er op de plek van wat nu het Myrthaplein in Hooge Mierde is, ooit een boerderij en stond er aan wat nu de Koestraat is Hoeve op den Berg, waarvan een van de nazaten nog abt op de abdij van Averbode werd. Alle gegevens staan nu gepubliceerd op de nieuwe website en zijn op die manier weer een bron voor mensen op zoek naar stamboom of familiegeschiedenis.
Ze kwam in haar zoektocht ook terecht in de 80-jarige oorlog die ook in deze dorpen niet ongemerkt voorbij ging. Zo werd een zekere Steven Lambregts uit Lage Mierde door de Spaanse troepen gedood en eindigde Martin Seegers uit Hulsel op de brandstapel.
GEWORTELD013
Bij de presentatie van de website afgelopen week werden drie panden specifieker belicht en waren het uiteindelijk haar eigen kleinkinderen die de nieuwe website lieten zien:
Op deze website is er voor elk van de drie kerkdorpen uitgebreid informatie te vinden over elk adres dat er in het jaar 2000 was. Maar wie naar foto’s van de panden zoekt vindt ze niet want om claims vanwege privacy te voorkomen zijn alle beelden weggelaten. Riny haast zich te zeggen dat de afbeeldingen er wel zijn in een eigen archief van Heemkunde De Mierden. Personen die hier specifieke vragen over hebben kunnen die tot haar richten.